Na een vertraagde vlucht en onze fietsen die niet zijn meegevlogen, worden we 's avonds laat door onze Warmshowers opgewacht in de luchthaven. Wederom heel warme mensen, wat hadden we anders verwacht, die ons nog een bbq met wijn en groentes uit eigen moestuin voorschotelen. 's Ochtends worden we wakker in alle rust en zetten we ons bij op het zonnige terras voor een ontbijt met brood, kaas en confituur. Ooh wat hebben we dit gemist... Zonder fietsen en met onze twee loodzware zakken beginnen we te liften naar Saint-Quentin, de plaats waar we met de ouders van Ruth hebben afgesproken om samen terug te fietsen langs de Schelde naar de Kempen. Zonder veel moeite geraken we vlot op onze eindbestemming en wachten op Marc en Karin, die zonder twijfel een zware fietstocht hebben in de hittegolf met temperaturen tot een verschroeiende 40°C! Het is een geweldig weerzien met de familie en we gaan dan ook lekker eten. De volgende dag wisselen we en nemen wij de fiets, zo kunnen Marc en Karin met de trein naar onze volgende slaapplaats in Doornik en trotseren wij de hitte met de fiets. Achteraf een slecht idee want wij arriveren nog voor hen in Doornik. De treinen leken nog minder bestand tegen de hitte, waardoor ze samen met onze twee zakken heel de dag hebben stilgestaan in de Franse velden, de Hel van het Noorden... Gelukkig maken de jeugdherberg en het middeleeuwse Doornik veel goed! De volgende dag nemen wij de trein naar Gent en kunnen Marc en Karin genieten van een verkoelende tocht langsheen de Schelde. In Gent mogen we in het huis van Adel en Marijke slapen, waar ook de ouders en zus van Bob naartoe komen. Na lang wachten is het een zalig weerziens met familie en een eerste kennismaking met Paulo, het kindje van An. We tafelen gezellig en sluiten op tijd af, de volgende dag fietsen we richting Oostmalle doorheen Antwerpen. Na een fietstocht langs de fietsOstrade tussen Gent en Antwerpen, gaan we lunchen bij de broer van Ruth in Burcht. In Antwerpen zelf worden we ontvangen door familie en vrienden in Park Spoor Noord. Wat toch voor een kleine spanning in de onderbuik zorgt. Fantastisch om na zo'n lange periode door mensen die je graag hebt ontvangen te worden, wauw! Afsluiten doen we met een fietstocht langs de vaart naar Oostmalle. Waar we gezellig met familie en vrienden genieten van stoofvlees met friet en Belgische biertjes. Wat voelt het zalig om in een veilige en warme omgeving terug te keren!
0 Reacties
Wegdromen in de laatste wekenHet einde van ons groot avontuur komt stilletjes aan in zicht. Van in het begin hadden we het idee om op een rustige manier af te sluiten en stiekem hoopten we wel een stukje van de Caraïben te zien. En voila, ondertussen enkele weken verder, kiezen we Providencia uit als laatste reisbestemming. Een eilandje dat tot Colombia behoort, maar in het midden van de Caraïbische zee ligt ter hoogte van Nicaragua. Na een busrit van Huaraz naar Lima, een vlucht naar Medellin in Colombia om onze fietsen te stockeren, komen 's ochtens aan op San Andres. Het hoofdeiland van San Andres en Providencia. Hier vertoeven we enkele dagen voor we de oversteek naar Providencia maken. We genieten al een keertje van het onderwaterleven en ervaren opnieuw hoe leuk we dit weer vinden. Verder huren we een brommertje en rijden we wat rond om het Caraïbische eiland te ontdekken. Na drie dagen maken we de oversteek naar Providencia. Al goed vernemen we dat de boottocht best ruig kan zijn, dus nemen we beide maar medicatie in tegen zeeziekte. En maar goed dat we dit deden! Na een heftige rollercoaster en vele gevulde zakjes, komen we 4 uur later toe op het betoverende Providencia. Meteen krijgen we een leuk gevoel. Geen grote flatgebouwen of hotels, wel veel groen en lieve mensen. Er hangt een heel relaxed sfeertje. Na het vinden van onze slaapplaats en kennis te maken met het lieve koppel van onze Airbnb, gaan we op verkenningstocht en zoeken een geschikte duikschool. Na enkele dagen zijn we helemaal in de relaxte Caraïbische sfeer, we gaan tweemaal per dag duiken en de rest besteden we aan het eiland verkennen en heerlijk niets doen. In de vroege ochtend begint onze dag met een uitgebreid mango ontbijt (mango seizoen), om nadien met de brommer naar de duikschool te puffen. Duiken tussen de rifhaaien en luieren op parelwitte stranden is alles wat we nodig hebben om ons avontuur samen af te sluiten! Aangezien Providencia ver weg ligt van alles, nemen weinig toeristen de tijd om naar hier te reizen. Het eiland baadt in een Afro-Antilliaans Caraïbische karakter en doet wegdromen naar lang vervlogen tijden van piraten en gelukzoekers. Onze laatste dagen brengen we in Medellin door. Het hostel waar onze fietsen zijn verbleven ligt in een gezellige en levendige buurt. We gaan lekker eten en drinken, doen enkele daguitstappen naar dorpjes of musea en verwennen ons met souvenirs voor onszelf, familie en vrienden. Na een hectische busrit naar Bogota en een uitgestelde vlucht maken we de oversteek van de Atlantische Oceaan terug naar Europa, met bestemming Parijs.
Wandelen in Huarascaran PeruWe genieten eerst van de rust, lokale lekkere en goedkope menu's en pisco sours (Peruviaanse cocktail). Voor de meerdaagse 'Santa Cruz' wandeltocht huren we twee rugzakken. De minibusjes van de tours vertrekken erg vroeg (4u 's ochtends). Daar hebben we geen zin in dus zoeken we lokaal transport. Na het ontbijt stappen we op een collectievo (minibus) en nadat we een aansluiting met een collectievo missen, liften we verder. Dat lukt snel en met een auto steken we de pittige bergpas en -keten over en arriveren we aan het beginpunt van onze wandeling. We wandelen nog een tien kilometer en stellen onze tent op voor de nacht. We zitten op 4000 m en 's nachts vriest het hier maar dat nemen we dat er graag bij omgeven met bergen en de Melkweg boven ons. De volgende dag klimmen we gestaag naar de bergpas. Hoe hoger we komen hoe meer witte puntige pieken ons omringen. We koken ons potje noodles en genieten van het magnifieke uitzicht! Dan is het lekker afdalen tot in het dal, nog een kleine laatste klim naar een aangrenzende vallei, en daar stellen we onze tent op naast een bronnetje, omringd door de bergen. 's Morgens is alles aangevroren en wandelen we eerst naar een gletsjermeer vooraleer we ontbijten. Uiteindelijk moeten we toch nog het ijs van onze tent schudden en naar de zon verhuizen. We ontbijten, pakken onze spullen en beginnen we aan onze lange afdaling door een smalle vallei. Tegen valavond vinden we een taxi die ons naar een collectievo brengt richting Huaraz. We hebben de wandeling een dag sneller dan gepland afgelegd en uitgeput vallen we beiden in een diepe slaap. We pakken onze fietsen al in en ontspannen ons vooraleer we de grote oversteek maken naar het afgelegen eiland Providencia, een eiland in de Caraïbische Zee dat toebehoort aan Colombia.
Door de Andes in Peru (12/06 - 30/06)Vanuit Cuzco nemen we een (dubbele) nachtbus naar Huancayo en de volgende dag eentje verder naar Ayacucho. Op deze manier kunnen we rustig terug beginnen fietsen op asfalt i.p.v. gelijk de ruwe onverharde wegen van Peru te trotseren. Vanuit Ayacucho is het mooi klimmen uit de stad en gaan we gelijk tot de 4000m. Dat zal ook zo ongeveer de gemiddelde hoogte van de komende weken zijn. Het is aangenaam klimmen en dat is heel fijn starten. Goed voor Ruth die er een tijdje tussenuit is geweest met fietsen. We vinden onszelf een kampeerplekje naast een zijwegje waar we in de tent koken om geen koude wind te vangen. Als we 's ochtends (om 6u!) rustig wakker worden, horen we plots een toeter. Oei, wie of wat is dat, vragen we onszelf af. Wel als Ruth haar hoofd uit de tent steekt, blijkt het een nieuwsgierige man uit de geburen. Hij komt met zijn wagentje met een zwijntje op voorbij en vraagt of alles met ons ok is en we niet te koud hebben. Wat lief! Hij moedigt ons erg aan om het avontuur met de fiets verder te zetten. Als hij vertrekt, valt het zwijntje nog bijna omver omdat hij zo enthousiast zijn gaspedaal weet te vinden. We klimmen de eerste twee dagen over de eerste bergpas van een 4800m. Het is prachtig om weer zo hoog boven de bergen uit te komen. De afdaling gaat doorheen een magnifieke canyon. Dit alles nog steeds over asfalt, wat het lekker aangenaam maakt. De laatste 10 km slagen we onze weg af naar de onverharde, meer afgelegen wegen. Daarmee zetten we ook de toon voor de volgende 700km dat helemaal onverhard zal zijn. Deze weg brengt ons meteen naar een prachtige kampeerplek, lekker rustig bij een bergmeer. Wat een zalige nacht om met de natuurgeluiden in slaap te vallen! Na een heerlijk stille nacht volgt er weer een prachtige dag. We leggen slechts 30km af, maar die zijn magnifiek. De beklimming boven een heel mooie canyon met meren en watervallen laat ons vaak stoppen om te genieten van deze natuur. Bovendien hebben we de weg voor ons alleen, er komen amper auto's of andere voertuigen voorbij. Als we 's avonds onze tent opstellen, komt Noa, een fietser uit Nederland die vanuit de andere richting komt een avondje met ons kamperen. Altijd gezellig om weer andere mensen te ontmoeten en de avond taterend door te brengen (met lekker koffie). 's Ochtends springen we weer de fiets op voor een volgende beklimming. Een aangename weg die ons weer naar de 4700m brengt. We steken de pas tegen de vroege avond over en dalen nog een beetje af om onze tent weer op te stellen. Het wordt een woelige nacht. De wind is zeer aanwezig waardoor onze slaap goed verstoord wordt. De volgende dag beginnen we (of vooral Ruth) er dan ook niet met de beste benen (en humeur) aan. En dan moeten we nog een van de pittigste bergpassen van de hele route over. We weg ligt er slecht bij en de hellingsgraad valt niet te onderschatten. Geregeld moeten we van de fiets om deze omhoog te duwen. Ja, dat is afzien. Maar goed, zo daag je jezelf ook weer even uit en elkaar aanmoedigend geraken we de pas toch weer over. Als het zo pittig is, zou je haast vergeten dat de omgeving wel echt adembenemend blijft. We dalen een stevig stuk af, waarin Ruth nog even onderuit gaat door de vermoeidheid. Niets ernstigs, hup de fiets weer op en verder naar beneden. We slapen vandaag een keertje in een hostelletje onderweg zodat we kunnen bekomen van de stevige dag. Goed vermoeid slapen we na een warme douche als twee roosjes. We weten dat we vandaag een 20-tal km over een heel drukke weg omhoog moeten fietsen. Er is geen plaats voor fietsers op de baan, veel vrachtverkeer en de Peruviaanse (auto)bestuurders zijn niet de rustigste. We hebben dus weinig zin deze onveilige 20km te fietsen. We nemen dan ook een lift met een trucker. Onze fietsen gaan in de reservebanddrager en hij zet ons aan onze volgende afslag af. Eens we goed en wel terug onderweg zijn om de volgende beklimming weer aan te vatten, komen we twee andere fietsers tegen en dit ging als volgt: "Hi, how are you?" (Stevig accent) Bob: "Great! Your from Belgium?" "Euhm ja! Tof, en van waar?" Bob: "Oostmalle" Neeee, wij van Westmalle (en Sint Job). Bob zet zijn helm af en wordt meteen herkend door Emma en Zeger, die net vertrokken zijn op hun fietsreis. Hoe klein is de kans dat je iemand uit eigen dorp aan de andere kant van de wereld tegen komt? Best reëel dus. We babbelen wat en wisselen wat tips uit. Dat was even een leuk moment! Dankzij de tip van Emma en Zeger weten we dat er een leuke overnachting is na de bergpas. We slapen nog een nachtje binnen met uitzicht over een mooi meer. 's Ochtends worden we om 6u wakker van enkele stevige knallen. Klinkt niet zo goed denken we. Maar als we vragen waarom dit is, blijkt dat dit gewoon is voor iemand zijn verjaardag. Als we dan rond half 9 de fiets op springen om weer verder te gaan, zit een groepje mensen het dan ook al uit te schateren van het lachen vanwege de festiviteiten. Zelfs in deze vage, hoge bergdorpjes is dus wel wat sfeer te bespeuren. Vandaag klimmen en dalen we langsheen de mijnen en mooie bergmeren. Het is steeds rustig en verlaten fietsen, zalig die rust. Toegegeven, het fietsen is pittig, maar wat je ervoor terug krijgt is prachtig. We genieten ook weer van de vrijheid die de fiets met zich meebrengt. We fietsen tot waar we zelf zin hebben of tot waar zich een mooi kampeerplekje zich aanbiedt. Zo slapen we vandaag, na een mooie afdaling, in een oud huis. Enkel de muren staan nog recht, maar dat is nu net wat we nodig hebben om de tent uit de wind te kunnen opstellen. Bovendien kunnen we ook koken en zitten uit de wind. Het heeft ook weer iets. 's Ochtends springen we de fiets weer op om verder af te dalen tot het dal om dan opnieuw aan de beklimming te beginnen. Dit wordt ook weer een pittige. Al blijven we er beide van genieten. We komen niemand tegen onderweg, buiten dan de koeien, schapen, lama's en alpaca's die ons steeds weer met volle bewondering aankijken. Het is fantastisch om deze dieren lekker vrij in de natuur te zien ronddwalen. Tijdens het klimmen ontdekken we dat onze planning om de pas over te steken vandaag misschien toch iets te ambitieus zijn. Geen erg, het is hier prachtig en besluiten dus het tentje op te stellen voor de pas. Terwijl we onszelf installeren, zien we een 100m verderop dat er een herder met zijn kudde huist. Als Ruth in de tent zit om de matrasjes te installeren, zegt Bob dat de herder met een pasgeboren lammetje onze richting komt uitgewandeld. Ruth springt dus snel de tent uit om te kijken. Hij babbelt even met ons en voor we het goed en wel door hebben, zitten we een half uurtje later lekker warm binnen in zijn hutje voor een koffie. We babbelen wat in het Spaans dat we dan toch al een beetje spreken en dan blijkt dat de herder ook nog een avondmaal voor ons aan het bereiden is. Het is geweldig om weer van zo'n gastvrijheid te genieten. Lekker opgewarmd trekken we na een gezellige avond naar ons tentje om er de koude nacht door te brengen. Op 4500m hoogte komt de vrieskoude 's nachts ook binnen in de tent. Al goed hebben we goed materiaal en komen we de nacht toch warm door. Als we 's ochtends ons ontbijt op hebben en klaar zijn om te vertrekken, worden we opnieuw uitgenodigd om eerst nog een koffietje te komen drinken bij de herder. Ook ditmaal is er nog ontbijt bij. Bob doet goed zijn best om de poederige samenstelling binnen te spelen. Helemaal gevuld van eten, drinken en spontane gastvrijheid, zijn we klaar om de pas over te steken. Nadat we de pas over steken, besluiten we een ietwat rustigere dag te houden. Een 35tal km verder naar beneden, liggen warmwaterbronnen. We fietsen er na een pittige afdaling naartoe en genieten van een lekker warm bad en een bed in een hotelletje. 's Ochtends vroeg uit de veren om de volgende beklimming weer aan te vatten. Dit is een heel aangename. We gaan richting Oyon, een stadje wat gepaard gaat met een beklimming over asfalt, ook dat is weer eens een leuke afwisseling. Na een uurtje klimmen, houden we halt in een iets groter, toeristisch dorpje waar we genieten van alles wat dit te bieden heeft. We pakken wat vers brood mee en als we onze verse empanadas aan het verorberen zijn, spreekt een vrouw ons aan dat ons vol enthousiasme aanmoedigt. Tien min. later komt ze terug voorbij met een ijsje, dat voor ons is! Voor we vertrekken uit dit dorpje pikken we nog even een optreden van de plaatselijke fanfare met hun danseressen mee. Iets wat we trouwens al vaak vanop een afstand hebben gehoord, maar nog niet van zo dichtbij gezien hebben. Ook de lokale/mobiele messenslijper zet onze Opinels opnieuw op scherp. We zetten onze weg verder naar Oyon en arriveren er op tijd zodat we nog enkele inkopen kunnen doen voor de volgende dagen. Een rode draad doorheen deze dagen in de bergen is het wachten op spannend nieuws van het thuisfront. De broer van Ruth zal een der dagen voor de tweede keer papa worden. Telkens we een dorpje passeren, toch checken of we geen verbinding hebben. Tot dusver blijft de baby nog graag waar hij is, in mama's buik. We stappen 's ochtends weer op tijd op de fiets om te genieten van een nieuwe beklimming, na eerst een stukje afdalen natuurlijk. We bereiden ons voor op terug onverharde weg, maar tot bijna op de pas ligt er asfalt, dat maakt de toch vrij stijle beklimming, best wel aangenaam. We slagen erin ook de tweede pas, na een kleine afdaling nog over te steken. Al afdalend zoeken we een kampeerplekje langsheen de weg. Dit is niet zo simpel gezien de vallei stijl naar beneden gaat. Toch vinden we onszelf weer een mooi plekje met een prachtig uitzicht (incl. Huayhuash bergketen). Als we aan het koken zijn, komt de herder die een beetje verderop woont langs en komt vriendelijk een babbeltje doen. Hij zegt iets over ontbijt morgenvroeg, al hebben we dit niet helemaal begrepen en denken we dat zien we morgen weer wel. Met zonsondergang maken we ons potje eten verder klaar en genieten we van een zalig rustige nacht in de tent. En jawel ook dit keer staan we de volgende ochtend weer versteld van de van de Peruviaanse gastvrijheid. Als we onze tent aan het opruimen zijn, komt er plots een vrouwtje aangewandeld. Ze heeft een grote thermos thee, eieren en gekookte patatjes bij voor ons. Het is de vrouw van de man die gisteren nog een babbeltje kwam doen. We hebben een tweede ontbijt en genieten met het vrouwtje van het ontbijt en de omgeving. Wat lief allemaal! Later dalen we verder af, dit keer echt ver naar beneden (van 4800m naar 1300m). Ook wel eens leuk en de afdaling ligt er geweldig bij. Langsheen lange bergpassen slingeren onszelf langs de bergwanden naar het dal. Helemaal beneden aangekomen klimmen we nog een beetje naar boven om onze tent naast de rivier op te stellen. We zitten veel lager en dat maakt de kampeeromstandigheden ook wel aangenamer. De rivier om onszelf in te wassen, is niet ijskoud, je kan 's avonds in je vest blijven zitten ipv al je kleren aan te trekken en de slaapzak kan open blijven. De insecten die ermee gepaard gaan, nemen we er graag bij. Met de rivier op de achtergrond vallen we rustig in slaap. Jammer genoeg wordt Ruths nachtrust weer stevig verstoord door haar buik die weer eens opspeelt. De volgende dag voelt ze zich dan ook niet goed en moet ze met krampen de fiets weer op. Dit is niet ideaal gezien we vandaag een klim van 32 km en 2000 hoogtemeters voor de boeg hebben. We klimmen ongeveer tot de helft, wat alweer adembenemend is. Dan passeert ons een vrachtwagen van de lokale werkmensen die de weg repareren. We besluiten te vragen of we mee kunnen om Ruth haar toestand niet te verergeren. Dit is geen probleem, fiets op de vrachtwagen en tussen de lokale werkmannen gaan we met de camion tot Rajan waar we met uitzicht op mooie witte pieken van het Huayhuash nationaal park genieten van een warm bed. De volgende ochtend merkt Ruth een stevig krakend geluid bij haar fiets als we beginnen klimmen. Iets aan de trappers maakt een ongezond krakend geluid. We fietsen rustig verder en als er 's namiddags een vrachtwagen passeert (de enige van die dag), vragen we of we mee mogen. Ruth wil niet dat haar fiets verder stuk gaat en door de beklimming over te slagen, spaart ze haar fiets toch een beetje. We overnachten in Conococha, een klein dorpje met maar één hospedaje en het slechtste bed ooit. Gelukkig eten we lekker en hebben we de volgende dag opnieuw alle comfort die een stad te bieden heeft. De volgende dag starten we dan op tijd voor de allerlaatste kilometers in Peru. En deze zijn heerlijk! Afdalend over asfalt richting Huaraz kijken we de hele tijd uit over de witte pieken enerzijds van Huajhuash nationaal park en anderzijds deze van het Huascaran nationaal park rond Huaraz waar we heen fietsen, als dat geen mooie afsluiter is. We fietsen Huaraz binnen waar we nog genieten van een laatste korte maar pittige klim omhoog. Ons hotel ligt namelijk op de berg. Dit brengt mee dat we een mooi zicht op de stad en de bergen rondom te zien krijgen! Gezien we op tijd arriveren, kunnen we gelijk onze fietsen grondig afspuiten en poetsen. Dat was nodig na enkele weken stoffige bodem.
Na onze fietsen springen we zelf in een lekker warme douche. We trekken de stad in om onszelf te trakteren op een heerlijke Pisco Sour, die hebben we wel verdiend! Als we de volgende ochtend na een goeie nacht wakker worden, verschijnt meteen een glimlach tot achter onze oren op ons gezicht als we onze GSM checken. Jawel een langverwacht berichtje dat Lou Brosens zijn eerste levenslicht gezien heeft. Wat een leuk nieuws van het thuisfront. Een dikke proficiat Hans en Lore! Veussel op bezoek (02/06 - 11/06)'s Ochtends vroeg nemen we de bus naar Puno, een klein stadje aan het Titicacameer. We komen rond de middag toe en ontdekken dat dezelfde dag een boottocht maken wat ambitieus is. Daarom genieten we rustig van het zonnetje met een aperitiefje en snackje aan het meer. Wat is het leuk om weer met de meisjes samen te zijn! \n De volgende ochtend springen we wel op de boot om het Titicacameer te ontdekken. We passeren eerst langs de Uros eilanden. Dit zijn drijvende eilanden die ooit zijn gebouwd om te ontvluchten aan de invloed van de Inca's. Al stellen wij onszelf nogal hard de vraag of deze niet gewoon gebouwd zijn voor het toerisme. We voelen er onszelf niet op ons gemak, de authenticiteit is ver te zoeken in dit toeristendorp. Desalniettemin bevinden we ons wel in een prachtige omgeving. We varen verder naar het Taquile eiland, wat garant staat voor drie uur vaarplezier op het zonnedekje van onze boot. Aangekomen op Taquile is het genieten van de rust en stilte. Het is een eiland gekenmerkt door zijn terrasbouw en breiende mannen. Er is geen vuiltje aan de lucht te bespeuren omdat er geen gemotoriseerde voertuigen rondrijden. Al maar goed ook, want we kunnen de verse lucht wel gebruiken na ons verblijf in het behoorlijk vervuilde La Paz. De terugweg naar de boot schatten we te kort in. We willen graag rond het eiland wandelen, wat we doen en prachtig is. maar we moeten onszelf wel erg hard spoeien. We komen helemaal uitgeput, een half uurtje te laat aan bij de boot. Sporten op deze hoogte vraagt heel wat van je longen, al goed dus dat de lucht op zijn minst niet vervuild is. We hebben geluk dat Bob sneller is dan de meisjes zodat hij de boot nog net op tijd kan tegenhouden. We relaxen boven op het dek van de boot met een wijntje . aangekomen in Puno eten we nog een hapje eten voor we de nachtbus naar Cuzco opstappen. Als we 's ochtends na een lekker warme busrit toekomen in Cuzco hebben we geluk dat we al in de hotelkamer mogen en onszelf alvast kunnen opfrissen. We ontdekken Cuzco en houden een rustig dagje met kijken naar voorbijgangers en enkele souvenirswinkeltjes. We bereiden ons rustig voor op de Salkantay-trail, een vierdaagse wandeltocht waarvoor we morgen om 4u uit ons bed moeten. 's Avonds in het hostel kijken we uit naar een nachtje in een lekker bed na de vorige nacht in de bus. Spijtig loopt het daar net wat anders dan gepland. Rond 22u 's avonds staan plots onze gidsen voor de Salkantay-trail aan de deur van ons hotel. Dit met de boodschap dat we nu moeten vertrekken. Er zou een staking zijn de volgende dag waardoor de hele stad vanaf 12u 's nachts wordt afgesloten. Wij zijn door ons boekingskantoor niet op de hoogte gebracht (3 keer gepasseerd die dag). De man van het kantoor komt toch nog langs en excuseert zich dat hij dit vergeten te melden is. Hals over kop en behoorlijk slecht gezind stappen we de bus in. We worden naar het dorp gebracht waar de salkantay trail start. Daar aangekomen, om 1u midden in de nacht, blijkt dat we in een eetzaaltje met 30 mensen op een dekentje mogen slapen tot 6 uur. Als bij wonder hebben we allen toch nog een korte, maar best goede nachtrust. Na het ontbijt worden we naar het startpunt van de wandeling gebracht. Als we op het dorpspleintje aankomen, is het enige vervoersmiddel dat daar staat een dierencamion. We kijken allen een beetje lachend naar elkaar, maar toch.... we mogen met z'n allen in de laadbak. Dat is dan best weer wel grappig wanneer we als sardientjes de berg oprijden op weg naar het startpunt. De gidsen worden voorgesteld en de groepen ingedeeld. Het is mooi wandelen en het is heel leuk om met de meisjes op pad te zijn. Al moeten we toegeven dat we er soms zelf een beetje mee gniffelen het gevoel te hebben op CM-kamp te zijn. We wandelen netjes met z'n 15 achter elkaar in een rijtje en volgen braaf de gids. Dit zijn we niet zo gewend. Anderzijds brengt dit ook wel de nodige luxe en rust met zich mee. Ons materiaal wordt door paardjes naar boven gebracht waardoor we zelf niet veel moeten dragen, de overnachtingsplaatsen zijn netjes in orde en we krijgen telkens lekkere, gevarieerde maaltijden voorgeschoteld. Onze eerste dag wandelen we langs Humantay lake. Een mooi in de bergen verscholen meer met een felblauwe/groene kleur. We slapen onze eerste nacht in kleine hutjes, waar het toch nog koud wordt binnen. Enkelen onder ons zijn blij dat de nacht voorbij is en het zonnetje ons weer opwarmt. 's Ochtends wordt er om 5u hard op onze deur geklopt. Nog half slapend en gepikeerd van het harde geklop, blijkt bij het opendoen van de deur dat de kok er staat met een tasje cocathee zodat we lekker warm aan onze dag kunnen beginnen. Da's wel lief. Vandaag klimmen we de Salkantay-pas van 4600m over. We vertrekken om 6u voor een heel mooie wandeldag . Het weer is zalig. De zon staat de hele dag op onze snoet waardoor we in short en t-shirt kunnen wandelen. 's Avonds slapen we lekker warm binnen, dat hebben we wel verdiend. Het is fijn samen tafelen en er wordt goed wat bijgetetterd met de meisjes. Vandaag staan we opnieuw op om 5u, weer met een tasje cocathee. We wandelen langs een leuk paadje en zakken af tot in de jungle. Het is zalig de lekkere geuren van de planten op te snuiven. Na de middag nemen we een heel stuk een bus om uiteindelijk langs het treinspoor naar Aguas Calientes te wandelen. Het ritje naast het treinspoor is opnieuw een prachtig stukje natuur. Misschien vinden we dit ook wel zo leuk omdat we weer lekker even onze eigen zin kunnen doen. Aangekomen in Aguas Calientes blijkt het warme water (aguas calientes) van onze douches op te zijn. Klein tegenvallertje gezien we hier stiekem al enkele dagen naar uitkeken. Maar niet getreurd, we zijn allemaal lekker fris en genieten van het laatste avondmaal samen met de hele groep. De volgende dag is het dan zo ver. Om 6u 30 trekken we onze wandelschoenen aan om dé Machu Picchu te gaan bekijken. Vol spanning klimmen we onszelf doorheen de jungle omhoog. Weinig volk te bespeuren bij de wandeling naar boven, zalig rustig dus. Eens aangekomen, blijkt de busdienst naar de inkom van het park wel degelijk zijn ritjes te hebben gedaan. Om 8u gaan we met een heleboel andere mensen samen het park binnen. Wel is alles hier goed georganiseerd. Je gaat in shiften binnen waardoor het volk ook goed verspreid is over gans de site. We krijgen eerst nog een stukje geschiedenis en uitleg door onze gids. Daarna beklimmen we de Huaynapicchu, een stiepelstijle berg vlak naast de Machu Picchu. Het is een heel leuke, toch pittige beklimming. Het uitzicht dat we ervoor in de plaats krijgen is magnifiek. We bevinden ons boven in de jungle en kijken uit op prachtig groene bergen overal rondom ons. Om nog maar te zwijgen over het uitzicht op Machu Picchu zelf. We dalen rustig terug af en nemen nog even de tijd om door de site van Machu Picchu te dwalen nu er opmerkelijk minder mensen zijn. Het is indrukwekkend hoe deze site bewaard is gebleven en hoe mooi ze is. Heel goed te begrijpen waarom zo veel mensen dit willen zien want het is echt prachtig. Terug in Aguas Calientes eten we nog een hapje voor we met trein en bus terug richting Cuzco gaan. We zijn heel blij dat we na deze ritten aankomen in ons hostel. Onze benen zijn goed moe van de voorbije dagen. We slapen dan ook als roosjes.
De volgende dag beslissen de meisjes om toch terug te vliegen naar La Paz i.p.v. de nachtbus te nemen. Dat is leuk nieuws. Dat betekent dat we vandaag nog lekker op het gemak de site van Pisac kunnen bezoeken. Andere ruïnes van het grote Incarijk. Het is er rustig en mooi, lekker genieten van de laatste hapjes cultuur voor de meisjes. En een reis dient afgesloten te worden met het opsnuiven van de lokale uitgaanscultuur. Na een gezellig etentje zwieren we onze beentjes los in een plaatselijke kroeg. De volgende dag is het tijd om afscheid te nemen van de dames. Een dikke vette merci om tot hier te komen. We hebben ervan genoten om lekker samen te zijn! Tot gauw! Samen over de Salar (29/05- 02/06)De volgende dag fietsen we weer met z'n tweetjes. We gaan de Salar de Uyuni tegemoet. De afgelopen weken waren betoverend maar de Salar opfietsen is nog net iets magischer. Het lijkt een eindeloos ijsmeer over een gigantische plas water waar je doorheen kan zakken. Gelukkig is dat niet zo en kunnen we heerlijk fietsen in de zon, een zuchtje wind in de rug. De Salar ligt er voornamelijk effen bij en het fietst best aangenaam. Zonder vaste weg fietsen we richting ons oriëntatiepunt, een berg zo'n 90 km (bv. Antwerpen Brugge) verderop . Minutenlang met je ogen dicht fietsen is ontzettend spannend en een uitdaging voor je evenwichtsorgaan. We komen de hele dag geen enkel voertuig tegen. We besluiten om op de Salar te overnachten nu er amper wind staat. We genieten van de zonsondergang en een avondmaal onder de Melkweg waarna we de warmte van onze tent opzoeken. Met een stevige wind fietsen we de Salar af richting Uyuni, waar we 's avonds een nachtbus naar La Paz nemen. De dag vullen we met streetfood en koffie. Het smaakt lekker na de voorbije zware weken in de natuur. In La Paz nemen we de tijd om ons terug te organiseren en genieten we vooral ook van de unieke stad. Deze hoofdstad ligt op 3500m en smaakt naar uitlaatgassen, het openbaar vervoer gaat o.a. via teleferiek, velen dragen traditionele kleding, het transport is rock 'n roll, mensen leven en verkopen alles op straat, uitgezonderd in het oude centrum zijn alle gebouwen opgetrokken uit oranje snelbouwstenen, je bent omringd door besneeuwde bergen van meer dan 6000 m, etc. We kopen meteen een abonnement voor de teleferiek en ontdekken zo de stad van bovenuit. In alle rust zweven we boven de stad en hebben we alle tijd om het leven en de huishoudens te observeren. Een bijzondere manier om een stad te verkennen! De volgende dag maken we een uitstap naar Tiwanaku. Een oude Inca stad die zo'n 2700 jaar over grote delen van de Andes heerste. Veel blijft er niet van over, maar het geeft wel een goed beeld van hoe mensen in het pre-Colombiaanse rijk samenleefden en hoe het gevoelige ecosysteem in de Andes invloed heeft op de omgeving. Eenvoorsmaakje voor wat er voor ons ligt, namelijk Cusco en de Machu Picchu. De dag nadien zullen we de 'Death Road' af fietsen maar dat doen we niet alleen. Gitte, Merle en Kim, drie vriendinnen van Ruth uit België springen heel enthousiast uit het busje dat ons oppikt. Heel leuk om hen weer te zien. De volgende week reizen we samen met hen door Bolivia en Peru. De 'Death road' is een oude bergpas die populair is bij toeristen om af te dalen per mountainbike. Echt gevaarlijk is het niet, maar wel heel spectaculair. 60 km afdalen van de dorre koude Altiplano naar de vochtige warme jungle voelt raar, maar is prachtig. Onder watervallen en langs een diepe afgrond slingeren we onszelf een weg naar beneden. Daar wacht ons een uitgebreide lunch en een plons in een zwembad. 's Avonds keren we terug naar La Paz. De volgende dag vertrekken we vroeg naar Puno, Peru, ons volgende avontuur tegemoet.
Ruth op pad zonder fiets en zonder Bob (16/05- 28/05)We nemen 's ochtends afscheid en Bob zet zijn weg verder naar Chili en Bolivia met de fiets. Ik blijf nog enkele dagen in Salta. Toegegeven, dit zijn niet mijn beste dagen. Ik heb nog last van de wondes en niets doen, dat is niet zo mijn ding. Maar goed, het is zoals het is en ik probeer er het beste van te maken. Ik rust goed uit, bel met familie en vrienden, lees een leuk boek en bezoek enkele musea. Na nog 4 dagen extra rusten, ben ik klaar om te vertrekken. Mijn been is beter en ik kan al mijn materiaal zelf dragen, dus geef ik mezelf een go om mijn weg naar Bolivia in te zetten. De fiets moet weer in een doos. Met alle zakken en de doos neem ik een taxi naar de bushalte. Gelukkig zijn er altijd wel mensen in de buurt die een klein meisje met zo'n grote doos even helpen dragen nu Bob er niet bij is. Na een lange en prachtige busrit, kom ik toe in La Quiaca, het laatste dorpje voor de grens. Het is leuk om weer op pad te zijn. Al lijkt de pech me toch nog even te achtervolgen in Argentinië. Bij het terug in elkaar zetten van mijn fiets, blijkt dat mijn stuurpen stuk is. De volgende ochtend passeer ik eerst langs de lokale werkplaats waar ze uiteindelijk na lang sleutelen (3uur!) een tijdelijke oplossing hebben gemaakt, oef ik kan terug fietsen. Als ik Bolivia binnenfiets krijg ik meteen een leuk gevoel. Mensen zijn gekleed in traditionele kleding en lachen me vriendelijk toe. Ik vind aan de bushalte een minibus waar mijn fiets bovenop kan om naar Tupiza te gaan. Ook hier komen er weer enkele mannen te hulp om mijn fiets op het busje te leggen. Aangekomen in Tupiza installeer ik mezelf in een leuk hostel. Ik ga nog wat rondwandelen in het dorpje om iets te eten. Als ik een gezellig restaurantje zie, zitten daar ook Edith en Florian, een Frans koppel dat eerder ook al bij in hetzelfde busje zat. We maken er een gezellige avond van. Ik geniet van het terug onderweg zijn en ontdek ook weer dat ik het leuk vind om nieuwe mensen te ontmoeten. Als ik de volgende dag aan het ontbijt zit, komen Florian en Edith ook in hetzelfde hostel aan. Blijkt dat zij voor de volgende dagen dezelfde plannen hebben, dus we organiseren de dingen die we samen willen doen. We gaan een dagje op stap met de paarden in de omgeving van Tupiza. Het is heerlijk om weer op een paard te zitten. Dat brengt leuke herinneringen terug. Bovendien is de omgeving echt geweldig. We wandelen doorheen gekleurde bergen vol met cactussen en spectaculaire uitzichten. Ik waan mezelf zo'n beetje in the wild wild west. Ik ga op zoek naar een jeeptoer om zoveel mogelijk van de omgeving te kunnen zien. Jeeptoers genoeg in Tupiza en Bolivia. Al goed vind ik er eentje die mijn fiets voor de volgende dagen ook wil meenemen. Edith en Florian gaan ook mee en de volgende dag vertrekken we met nog een ander Frans koppel op een vierdaagse tocht doorheen Zuid-Bolivia. Het zijn waanzinnig mooie dagen. Ik sta versteld van de prachtige natuur die ons omringt. Bovendien ben ik op pad met fijn gezelschap. We babbelen veel en ik vind het heel leuk om weer eens een mondje Frans te praten. Onze gids spreekt enkel Spaans, dus ook daar leer ik weer veel van bij. De eerste dag rijden we door gigantisch uitgestrekte landschappen. De weg die ons doorheen de bergen voert, is prachtig. We stijgen tot meer dan 4500 m en door de hoogte testen we het locale middeltje tegen hoogteziekte, cocabladeren. Dit lijkt best wel te helpen gezien ik er geen last van heb. We maken enkele stops langs formaties van vulkanische gesteentes om u tegen te zeggen. Je zou denken dat er zo hoog weinig kleur te bespeuren valt, maar niets is minder waar. De bergen hebben veel verschillende kleuren en vaak steekt er in de verte nog een witte besneeuwde piek bovenuit. Helemaal ingeduffeld tegen de koude genieten we na van deze eerste dag. Als we de volgende ochtend klaar zijn om te vertrekken, blijkt de jeep stuk te zijn. Onze gids is een all round man, dat is duidelijk. Na 3uur sleutelen, start de jeep terug en vatten we onze dag aan. Ondanks de vertraging, wordt het opnieuw een magnifieke dag. Stiekem vinden we het niet erg om later weg te zijn, dat zorgt ervoor dat we meestal alleen zijn aan de stops. We passeren langs laguna verde, die haar naam niet gestolen heeft. De groene kleur van het meer owv het koper in de grond, schijnt mooi tegen een achtergrond van een grootse vulkaan. Als we er vertrekken, komt mama en kindje vos ons nog even begroeten. Al is het natuurlijk de vraag of het wel klopt dat deze wilde dieren zo dichtbij komen!? Verder passeren we een gigantische woestijn met prachtige kleuren en verschillende geysers op 5000m hoogte. We nemen een bad in natuurlijke warmwaterbronnen en sluiten onze dag af aan laguna colorado. Een roodkleurig meer vol met flamingos: fantastisch. Als leuke afsluiter van de dag, komen we ook Bob nog tegen die zijn tentje aan het opstellen is. Wat leuk om hem even te zien, ook al was het maar een blitsbezoek. We kunnen afspreken waar we elkaar terugzien en geven hem nog wat verse fruitjes en wat zoetigheid mee. Ik ben blij dat hij het goed stelt, al ziet hij er behoorlijk moe uit. De wind, koude en slechte wegen maken het hem niet gemakkelijk. We zetten snel onze weg naar de overnachtingsplaats verder want doordat we laat zijn vertrokken, moeten we nu nog een heel eind in het donker rijden. Het is Ediths verjaardag, die we vieren met een lekkere cocktail in de kleuren van de Boliviaanse vlag. Hier sluiten we onze dag dan ook voldaan mee af. De derde, en mijn laatste dag samen met de Fransman en vrouwen, starten we met een stevig pannenkoekenontbijt. Mm lekker, en tegelijkertijd denk ik aan Bob die in de koude zijn havermout klaarmaakt. We laden alles in en gaan richting onze eerste stop met prachtige vulkanische rotsformaties. We passeren nog andere rode rotsen tot wel 40m hoog waar we helemaal bovenop klimmen om van een erg mooi uitzicht te genieten. Onze volgende stop is laguna negra dat zich in een adembenemende canyon bevindt. Het contrast met het groene gras, het bevroren riviertje en de rode canyon maakt het prachtig. We stoppen nog langs een dorpje waar we lokale biertjes kunnen proeven. We zetten onze weg verder naar de zoutvlakte waar we genieten van een geweldige zonsondergang met een snackje en een lekker wijntje. Voldaan drinken we nog enkele glaasjes wijn en lachen heel wat af. Fijn om in goed gezelschap te vertoeven. Ik sta om 5u mee op met de rest om hen gedag te zeggen. Zij zullen vandaag met de jeep over de zoutvlakte gaan. Er was een ding dat ik absoluut wilde doen op deze reis en dat is fietsen over de salar, de grootste zoutvlakte ter wereld. Daarom blijf ik in Chuvica, een piepklein dorpje met uitzicht op de zoutvlakte. Hier wacht ik nog anderhalve dag op Bob. Ik zet mezelf uit de wind, lekker in de zon met mijn boek. Ik heb al slechtere plaatsen geweten waar ik op iemand wacht. Na anderhalve dag komt Bob toe. Wat is het zalig om hem weer te zien. We genieten samen van de zonsondergang en de natuur rondom ons. We slapen lekker warm binnen en trekken er de volgende dag (eindelijk!) samen met de fiets weer op uit.
Het was even een heel andere manier van reizen. Ik had graag op mijn fiets gezeten samen met Bob, maar ik ben ontzettend blij en dankbaar dat ik toch zo veel heb kunnen zien en beleven. Bob op pad met fiets en zonder Ruth (16/05- 28/05)De hondenbeet is verzorgd en Ruth heeft haar route naar Bolivia uitgestippeld. Met een gerust hart kan ik er nog even met de fiets op uit trekken in Argentinië en Bolivië. De Altiplano fiets ik niet meer op, dus lift ik de meerdaagse beklimming naar boven met een pick-up. Daardoor beland ik toevallig bij een lokale herder die net een bok geslacht heeft. Samen met mijn chauffeur en zijn collega's genieten we van een Argentijnse barbecue ergens op de dorre hoogvlakte. Nadien brengen ze me nog tot de provinciegrens tussen Salta en Juyuy, waar ik rustig een slaapplek zoek aan de Salinas Grandes. Na een afmattende drie uur wasbord en los zand, beland ik eindelijk op het asfalt aan de andere zijde van de Salina Grandes. Die steek ik over, op weg naar de grens met Chili. Door de koude tegenwind van de voorbije dagen is mijn keel erg droog en voel ik mezelf niet goed. Ik beklim nog een kleine pas waarna ik in Susques halt houd om naar het ziekenhuis te gaan. Ik krijg medicatie en besluit om er een nacht te rusten en in een bed te slapen. Uiteindelijk verblijf ik drie nachten in het kleine dorpje met een zware keelontsteking al rillend in m'n bed. Naast wat soep maken, thee met honing drinken en m'n boek lezen, doe ik niets. Gelukkig is Argentinië voorzien van een goede gezondheidszorg. De kosten van de ziekenhuisbezoeken zijn gratis alsook al de medicatie en de spuit in m'n achterwerk. De volgende dagen naar de grens met Chili en Bolivia probeer ik te liften omdat er een constante tegenwind staat van 50 km/u en windstoten tot 100 km/m. Uiteindelijk fiets ik nog een groot aantal km bij elkaar in de ijzige wind en kan ik een keer in een toeristencentrum slapen aan een zoutvlakte. Ik steek Paso de Jama over en rijd Chili binnen. Na een dag vechten met de wind, besluit ik om de volgende dag drie uur te wachten achter een rots op die ene lift. Enthousiast bind ik mijn fiets vast achteraan op een trailer en geniet vanuit een warme camion van de spectaculaire vulkanen rondom. Na een goede babbel word ik aan de grens met Bolivia afgezet. Vooraleer ik de grens oversteek krijg ik van de Chilenen nog een warme maaltijd, een kop thee en een knapzak voor de komende dagen. Wat een schatjes die mededogen hebben met deze dappere Belgische fietser. De grens van Bolivia is heel wat minder modern, evenals hun wegen. Ik breng de nacht door aan Laguna Blanca samen met een Oostenrijks koppel, dat rondreist in een omgebouwde brandweerwagen . 's Avonds drinken we gezellig een wijntje in hun woonwagen voor ik de tent in kruip. 's Ochtends krijg ik te horen dat het een ijzig koude nacht was: om 5u30 was het - 21°C op de digitale thermometer van de Oostenrijkers. 's Ochtends en 's avonds vriezen je voeten en handen vast aan alles wat je aanraakt. Met je water moet je gaan slapen, anders heb je geen ontbijt omdat al je water bevroren is. En de tent afbreken duurt wat langer met verkrampte vingers en vastgevroren piketten in de grond. Wel blijft al je eten vers en is het elke dag stralend weer. Het is heerlijk fietsen op de onverharde wegen omringd door vulkanen en landschappen gekleurd door de vele soorten mineralen in de bodem en meren. Een unieke omgeving in extreme omstandigheden. Die natuurlijke schoonheid voelt soms wat buitenaards aan. Dit alleen op de fiets trotseren maakt de eerste dagen in Bolivia op meer dan 4000m hoogte heel bijzonder maar ook ontzettend zwaar. Ik vecht tegen de ijskoude wind, rijd mezelf regelmatig vast in gigantische zandbakken en stuiter gestaag verder over de eindeloze rotsvlaktes. De volgende avond kampeer ik bij een warmwaterbron. Helemaal alleen geniet ik enkele uren van de omgeving en de stilte. Wanneer de toeristenjeeps arriveren heb ik net mijn tent opgesteld en begin ik rustig aan het bereiden van mijn avondmaal in de koude valavond. Wanneer ik een bergpas van 5000m heb overgestoken en afdaal naar Laguna Colorado vol flamingo's, verrast Ruth me door uit een jeep te springen terwijl ik mijn tent aan het opstellen ben. Met een nieuwe bestemming, wat extra proviand/geld en een warme knuffel nemen we opnieuw afscheid. Binnen drie dagen zien we elkaar aan de Salar de Uyuni. Met de nodige snelheid fiets ik me een weg naar de Salar. Onderweg gun ik mezelf een nacht binnen, word ik opgeslokt door een zandstorm richting Alota, doorkruis ik verlaten dorpjes en geniet ik van een lift achterin een pick-up die me via een prachtige canyon over een pass brengt. Uitgeput en uitgewaaid kom ik aan in Santiago de Chivuca, waar Ruth me opwacht. In een hotel van zout rust ik uit en geniet van het vergezicht voor ons. Vanop een koraalrif zien we de zonsondergang. Enkele maanden geleden zweefden we al duikend tussen het koraal, nu klimmen we erop met het risico eraf te vallen. Vreemd hoe een omgeving op zo'n korte tijd kan veranderen...
De weg naar Chili, of ook niet (11--16/05/19)Zaterdagochtend springen we terug de fiets op vanuit San Antonio de Los Cobres. We vertrekken op tijd want we weten dat de wind stevig zal zijn vandaag en zeker in de namiddag. Als we goed en wel weg zijn heeft Ruth weer last van haar knie. Ze merkt dat ze nog niet de kracht heeft om de pas van vandaag te trotseren. We besluiten om te liften Enkele kilometers later stopt een pick-up jeep die Ruth afzet in het dorpje over de pas, Olacapato. Bob fietst verder. Terwijl Ruth wacht (lekker warm in de plaatselijke verzorgingspost omdat er nergens anders een plekje binnen te vinden is) wordt de wind enkel maar steviger. Een dikke 3 uur later komt Bob er ook aan. Hij lift ook de laatste 10km omdat de wind het onmogelijk maakt om te fietsen. Daarom slapen we die nacht ook in de plaatselijke herberg. De tent zou namelijk snel weggeblazen worden. Als Bob 's avonds de GPS spot wil afzetten zoeken we alles af, niet te vinden. De volgende ochtend gaan we dan ook langs de politie. We mogen hun computer gebruiken om het laatste signaal van de spot te lokaliseren. Dit is halfweg de pas is en we besluiten erheen te liften. Dit lukt allemaal vrij vlot, het weer is ook een pak aangenamer dan gisteren, de wind is wat gaan liggen. Helaas levert onze zoekactie niets op en keren we terug naar Olacapato. We rusten er, lezen een boekje in het zonnetje en bekijken de route voor de volgende dagen. Ruth gaat nog even langs de politie om hun wifi te gebruiken zodat we de familie kunnen laten weten dat de spot zoek is maar dat wij ok zijn. Helaas zit de politie op een feestje en moet Ruth later terugkomen. Op de terugweg naar onze herberg wordt ze plots gebeten door een hond. In paniek en met een been vol bloed komt ze bij Bob. We gaan langs de plaatselijke verzorgingspost waar de wonde goed wordt verzorgd. We willen zo snel mogelijk terug in Salta geraken voor de nodige vaccinaties en een goede opvolging. We hebben geluk: er komt net een camionchauffeur binnen die meteen voorstelt ons mee te nemen naar Salta, hij gaat toch die richting uit. We gaan nog even langs de politie om het voorval te melden en om nog eens wifi te vragen. Op het moment dat we verbonden zijn, komen we nog tot een nare ontdekking. Onze familie blijkt al enkele uren in angst te verkeren. Het noodsignaal van onze GPS spot is geactiveerd. (De vinder van onze spot heeft deze knop ingedrukt.) Daardoor wordt de familie op de hoogte gebracht, en een zoekactie opgestart. Meteen bellen we het thuisfront. Opluchting alom. Daar cirkelden al enkele angstscenario's door de hoofden, andere dan een (simpele) hondenbeet. An heeft geregeld dat we binnenkort weer een nieuwe spot hebben. Merci An . De volgende ochtend vroeg laden we de fietsen op de camion en langs een prachtige weg rijden we terug naar Salta. De trucker heeft er duidelijk deugd van dat er volk meerijdt, zijn tetter staat niet stil. In het Spaans en met de nodige handgebaren kunnen we tot gesprekken komen. Maar hoe langer we rijden, hoe meer het ' si si si' en ja-knikken wordt. Aangekomen in Salta zet Ramon ons vlak bij het ziekenhuis af, waar we snel verder geholpen worden. Al is het eerste ziekenhuis geen pretje. Het is er erg druk, niemand praat Engels en Ruth wordt een beetje van het kastje naar de muur gestuurd. Uiteindelijk komen we erachter dat in dit ziekenhuis geen vaccin te verkrijgen is. Dan maar naar het volgende. Daar is het al veel rustiger en wordt Ruth beter geholpen. De wonde wordt nagekeken en opnieuw verzorgd (waar in het andere duidelijk geen tijd voor was). De verpleger legt haar ook uit dat ze zich geen zorgen moet te maken over het vaccin, in deze regio zou geen rabiës zijn (dit wordt later door verschillende dokters bevestigd, alsook door het tropisch instituut in België). Hij raadt wel aan de volgende ochtend langs de dokter te gaan. Zo gezegd zo gedaan, volgende ochtend terug naar het ziekenhuis. Opnieuw geen vaccin, maar wel opvolging van de wonde. En 5 dagen rust, niets doen en dan rustig terug beginnen. De wondes moeten goed genezen zijn. Dat is balen. We willen gewoon kunnen fietsen. Ruth besluit dat zij met openbaar vervoer verder reist naar Uyuni en dat Bob met de fiets tot daar komt.
We bekomen nog een dagje van de gebeurtenissen en passeren nog langs een leuk museum met kunstwerken uit de regio's die we nog zullen passeren. Donderdag vertrekt Bob terug met de fiets. Ruth rust verder en plant haar route om Bob snel terug te zien! Terug op de fiets van Salta tot San Antonio de los Cobres (2- 10/05/19)Met veel goesting pakken we onze fietsen uit en knutselen deze weer in elkaar. Tegen de middag vertrekken we met de zon op ons gezicht de bergen in. Eens de stad uit is het zalig fietsen doorheen een canyon langs een kabbelend riviertje. Na een 30- tal kilometer beginnen we gestaag te klimmen. De volgende dagen moeten we immers de Altiplano op. Het hoogplateau van de Andes wat rond de 4000m ligt. We vinden onszelf een plekje naast de rivier en stellen voor het eerst in lange tijd onze tent weer op, zalig! De twee volgende dagen klimmen we om de eerste bergpas over te steken. Bob heeft een flinke verkoudheid (overgekregen van Ruth?), bovendien speelt zijn rug hem parten. We besluiten om het rustig aan te doen en een dagje extra te fietsen i.p.v. onszelf te forceren. Het geeft een geweldig gevoel om weer in de bergen te zijn en te genieten van het uitzicht als we de eerste pas over gaan. De afdaling is zalig. We fietsen doorheen het nationaal park van Los Cardones. Een uitgestrekte vallei met gigantische cactussen tegen een decor van gekleurde bergen met prachtige vormen, en dit allemaal op een heerlijk stukje asfalt. Echt genieten dus! Meteen na deze afdaling beginnen we aan de volgende beklimming. En dat wordt er een van jewelste. We zullen namelijk de hoogst berijdbare bergpas van Argentinië oversteken (4895m). De volgende twee en een halve dag klimmen we dan ook richting deze pass en de altiplano op. Ruth bereikt ook de 10 000km, toch een leuk gevoel! Het is er prachtig, al zien we de laatste dag, als we de pas zullen oversteken, enorm af. Bob is nog steeds verkouden, Ruths knie doet lastig en dan staat er nog een snoeiharde tegenwind die het fietsen vaak onmogelijk maakt. En ook niet te vergeten, hoe hoger je gaat, hoe minder zuurstof en ook dat voelen we alle twee heel fel. We doen maar liefst 10 uur over de laatste 25 km. Het is dan ook bijna 19u als we de pas oversteken en wetende dat het om 19u 30 donker is geeft ons dit geen goed gevoel. We hebben echter geen andere keuze dan toch nog even doorgaan. Slapen op deze hoogte zou de kans op hoogteziekte te groot maken. Half in het donker dalen we af tot een aanvaardbare hoogte en een geschikt plekje om de tent op te stellen. Meer dan de tent opstellen en enkele toastjes eten zit er niet in. We zijn beide te uitgeput en zijn blij dat we veilig en wel in de tent liggen! Bij het opstaan krijgen we weer een mooi bergzicht cadeau en dat met een laagje ijs op het water. We dalen af tot San Antonio De Los Cobres. Daar nemen we enkele dagen rust om te bekomen van de stevige inspanningen van de voorbije dagen.
|
AuteurSchrijf iets over uzelf. Maak u geen zorgen over toeters en bellen, een overzichtje volstaat. ArchievenCategorieën |